Zeg, klein bijtje, jij fijn bijtje.
En jij hommel, beste bommel.
Snoepen jullie beide,
Daar ginder in de weide,
Uit alle bonte bloemen,
De zoetste lekkernij?
Uit de grote, uit de kleine,
Snoepen jullie fijn.
Zacht zoemen jullie dan daarbij.
Breng ook wat aan mij?