Vijf kleine kinderen, buiten in de kou.
Eén zegt: "Brrrr, ik ga naar binnen toe!"
Waar is hij nou?
Dat kind in de kou?

Dit stukje herhalen met vier, drie en twee kleine kinderen.

Eén klein kind, buiten in de kou.
Waar zijn alle anderen nou?
Het kind is toen naar huis gelopen,
En wat zag hij daar?
Al zijn vriendjes bij elkaar!
Ze zijn lekker bij elkaar gekropen,
Hebben hun ogen gesloten.
Slapen warm en zacht, de hele lange nacht.

Herkomst onbekend