Twee haasjes Flip en Flap,
Die gingen samen eens op stap.
Ze speelden haasje over.
Ze knabbelden aan het lover.
Ze buitelden over stenen,
En liepen over het kolenland henen.
Maar daar kwam de jager aan...
Toen zijn ze floeperdefloep naar huis toe gegaan.
Flip! Flap!
En ze gingen samen weer op stap.