Eén, twee, drie en vier,
Maken samen veel plezier.
Als de wind wil waaien,
Gaan de wieken draaien.
Als de wind niet waaien wil,
Staan de wieken stil!

Als zij draaien gaan,
Pakt de mulder aan.
Want met volle balen,
Wordt het graan gemalen,
En dan heeft hij veel plezier,
Net als deze vier.